Namibië

Sossusvlei, Etosha, kokerbomen en meer (2007)

Reisverslag Namibië - 2007

Sossusvlei, Etosha, kokerbomen en meer

/reisverslagen/afrika/namibie/reisverslag/24-26-augustus-2007-okonjima-nature-reserve-daan-viljoen-game-park-thuisreis/

(c) Wouter en Carin van de Weerd


Okonjima Nature Reserve, Daan Viljoen Game Park, thuisreis

Vrijdag 24 augustus (Otjiwarango/Okonjima Lodge – Windhoek/Daan Viljoen Game Park)

 

Het is vannacht enorm gaan waaien. Het is daardoor koud geworden. Om 5.45 uur is wederom de ‘wake up knock’. Wij hijsen ons in ons thermo-ondergoed en gaan naar ‘lion lappa’ voor de koffie en de muffin. De leeuwen laten zich ook weer zien. Dit keer zijn er 2 mannetjes en 1 vrouwtje. Ze zien er prachtig uit, mooie vacht en de mannen hebben mooie volle manen. Je wilt niet weten hoeveel keer ze door iedereen op de foto zijn gezet. Het is niet normaal!

De gidsen staan ons met verbazing gade te slaan en voorzien het tafereel onderling van commentaar in het Afrikaans. Het is grappig dat we dit kunnen verstaan. Daar zullen ze niet op gerekend hebben. Normaliter praten ze Engels, maar zodra ze iets moeten overleggen of als er iets niet goed gaat (zoals eerder bij de billtong in de jeep), schakelen ze over op Afrikaans. Zich waarschijnlijk niet realiserend dat er toeristen bij zijn die ook dit kunnen verstaan. Soms is het best handig om het te kunnen verstaan en daardoor precies te weten wat er aan de hand is. Zoals bijvoorbeeld bij het billtong-incident. En ook deze ochtend zullen we weer zo’n momentje beleven; maar dat komt later.

Als de leeuwen echt van alle kanten op de foto zijn gezet en in alle mogelijke poses door iedereen zijn vastgelegd, gaan we op pad.

We zijn met een groepje van 6 met 2 gidsen. We gaan een wandeling maken langs de ‘bushmantrail’. De gidsen (Paul en Franz) zullen ons allerlei dingen laten zien en vertellen over hoe de bosjesmannen traditioneel in Namibië leven. Het is interessant om hier meer van te weten. Het is alleen heel erg koud. Alle stop- en zitplekken zijn in de schaduw gemaakt. Dat is wellicht prettig als de zon staat te branden, maar nu weten we niet hoe snel we weer in de zon moeten komen.

Tijdens onze eerste stop horen we al van de gidsen dat er een luipaard gesignaleerd is in onze omgeving: MJ, een vrouwtje. Paul krijgt dit door via een mobilofoon. Geen paniek, het luipaard is nog een behoorlijk stuk van ons weg. Ze wordt gevolgd door een groep in een jeep. Zij zullen ons waarschuwen als ze dichterbij komt. Ja, ja, …. 

Wij wandelen intussen van stopplaats naar stopplaats. We krijgen informatie en demonstraties over gereedschappen, sieraden, hutten, eten en bij de vierde stopplaats over wapens en jacht. Paul legt ons uit welke wapens de bosjesmannen gebruikten bij de jacht en hoe ze dat deden. Hij laat ons een paar voorbeelden zien van speren die gebruikt werden. Deze maken op ons een wat gammele indruk. Het beest werd duidelijk niet gedood door de kracht van de speer, maar door het gif dat op de pijlpunt werd gesmeerd.

Op dat moment ziet Franz een luipaard. Ze komt recht onze kant op! We moeten direct dicht bij elkaar gaan staan en achter de gidsen blijven. Paul pakt een bosjesman-speer om het luipaard indien nodig te verjagen en geeft Franz een andere. Dat klinkt heel wat, maar wij zien ook hoe flimsig het speertje is. Daar gaat het luipaard niet van onder de indruk zijn! Wat een commotie. We zien het luipaard daadwerkelijk vlakbij ons lopen op zo’n 20 meter afstand. Gisteren bij cheeta’s kon dat, maar met een luipaard is dat duidelijk niet de bedoeling! De groep die het luipaard volgt, komt met hun jeep aanrijden. Zij proberen met hun auto het luipaard bij ons vandaan te drijven. Het luipaard is gelukkig niet in ons geïnteresseerd en loopt de bosjes in. Pfff….

Als het gevaar is geweken scheldt Paul de huid van de gids in de jeep vol via de mobilofoon. Het is duidelijk niet voor onze oren bestemd, want hij scheldt in het Afrikaans. Ook geeft hij Franz een compliment dat hij op tijd het luipaard heeft gezien: goe gekeek Franz!

Paul is duidelijk ook onder de indruk. Als het gevaar is geweken moet hij even bijkomen en nog even over het voorval napraten. De trail ligt in het zelfde gebied als waar de luipaarden vrij rondlopen. Toch is het nog nooit voorgekomen dat een groep wandelaars op een roofdier stuit. Iemand moet de primeur hebben. Wij hebben in ieder geval weer een mooi verhaal voor thuis en Paul ook. Gelukkig is alles goed afgelopen!

Na de trail pakken we onze tassen in, ontbijten, drinken koffie en gaan er dan weer vandoor. Ons hele bezoek aan Okonjima Lodge (accommodatie, eten & drinken, gidsen en activiteiten) heeft ons N$6000 (€600) gekost. Dat is het meer dan waard!

We verlaten Okonjima en gaan via Okahanjo naar Windhoek en door naar Daan Viljoen Game Park.

In Okahanjo stoppen we om souvenirs te kopen. Hier zijn heel veel stalletjes langs de weg die zich gespecialiseerd hebben in houtsnijwerk. We gaan in verschillende winkeltjes kijken en ook voor de bijl: houten bak en een giraf (voor bij onze verzameling van houten beesten van vakanties) voor onszelf, en houten lepeltje met een girafkop voor de buren Eggink, een ketting voor mij, …. We proberen in elk winkeltje slechts 1 ding te kopen, zodat we onze aankopen wat over de handelaars kunnen verspreiden. Er zijn echter zo veel winkeltjes, meer dan wij wensen hebben. Een aantal verkopers moeten we dus helaas teleurstellen.

Ook in het natuurpark Daan Viljoen waait het. Het is er niet heel warm, maar we zitten toch nog even lekker in de zon.

We gaan uit eten in het restaurant van het park. Daar zitten we met 2 andere Nederlandse stellen. Verder is het uitgestorven. De bediening bestaat uit 2 mannen die het duidelijk fris vinden. De één loopt met een wat vertraagde soepele tred met een spijkerjack aan. De andere dribbelt in een dik gewatteerde winterjas.

Onze laatste nacht in de camper is ook fris. We slapen in volledige oorlogsuitrusting (= volledig thermisch ondergoed en dikke sokken).

 

Zaterdag 25 augustus (Daan Viljoen Game Park – Windhoek – Kaapstad)

 

Voor we naar het vliegveld vertrekken hebben we nog tijd voor een wandeling. We gaan richting het restaurant en daar pikken we een wandelpad op. De route is niet zo best aangegeven en blijkt ook langer dan we dachten. We zien geen beesten onderweg. Omdat we betwijfelen of we op tijd weer terug zullen zijn als we de hele route lopen, keren we halverwege (?) weer terug via hetzelfde pad.

Het schoonmaken van de camper duurt langer dan we dachten. We hadden hiervoor een half uurtje gepland. Een uurtje was prettiger geweest. We komen daardoor ook iets te laat bij de camperverhuurder in Windhoek om de camper weer in te leveren.

Met een taxi gaan we naar het vliegveld. Daar komen we rond 4 uur aan. We vliegen om 17.40 uur naar Kaapstad.

 

Zondag 26 augustus (Kaapstad – Amsterdam)

 

We hebben dus een tussenlanding en overstap in Kaapstad. Net als op de heenweg. Om 23.25 uur vliegen we van Kaapstad naar Amsterdam.

Op de terugweg in het vliegtuig kijken we terug op onze vakantie. Alle bijzondere gebeurtenissen en mooie dingen die we hebben gezien passeren de revue. Ook hebben we op een rijtje gezet wat we typisch Namibisch vonden:

  • Direct als je in Namibië het vliegveld verlaat valt het op: ze rijden links!
  • Namibië lijkt wel op Zuid Afrika in een paar dingen. Je vindt er ook bij elke campingplek en op elke parkeerplaats een ‘braai’. En veel Namibiërs spreken nog Afrikaans. Zij vinden het leuk om met ons, als Nederlanders, Afrikaans te praten.
  • Namibiërs zijn heel vriendelijke mensen. Wij vonden alleen de mensen in Sossusvlei/Sesriem en Etosha minder aardig. Zij zijn waarschijnlijk verpest door alle toeristen waar ze mee te maken hebben.
  • Namibiërs zijn ook heel beleefd en open. Het is beleefd om in contact met Namibiërs niet direct tot de zaak te komen. Ze vragen hoe het met je gaat en daar moet je echt op antwoorden. Ze waarderen het ook heel erg als je aan hen vraagt hoe het met hen gaat en oprecht luistert naar hun antwoord.
  • Er zijn nog veel Duitse invloeden te zien: Duitse straatnamen, plaatsnamen en namen van boerderijen.
  • Ze houden er ondoorzichtige administratieve systemen op na. Wij moesten bijvoorbeeld in een restaurant ons drinken bij de ene kassa betalen en ons eten bij een andere kassa. Bij de receptie van een natuurpark moet je bij de ene mevrouw de toegang tot het park betalen en bij de andere mevrouw in het gebouwtje de camping. En dat terwijl je bij een boeking via internet alles aan 1 organisatie betaalt.
  • Bij benzinepompen staan heel veel mannen/jongens op je te wachten om voor je te tanken en je ruiten te wassen. Ze hebben het grootste deel van de dag niets te doen. En als je de benzinepomp binnen rijdt, gaan ze staan zwaaien dat je bij hun pomp moet komen. We hebben in heel Namibië maar 1 benzinepomp gezien waar ook vrouwen werkten.
  • WC deuren op de campings kunnen veelal niet op slot. In de meeste gevallen ontbreekt het slot geheel.
  • In vergelijking met Zuid Afrika hebben wij in Namibië heel veel gemsbokken gezien.
  • En tot slot: Namibië is stoffig, heel stoffig!