Bolivia

Diverser wordt het niet (2019)

Reisverslag Bolivia - 2019

Diverser wordt het niet

/reisverslagen/zuid-amerika/bolivia/reisverslag/13-15-september-2019-uyuni-tour-dag-2-3-en-4/

(c) Wouter en Carin van de Weerd


Uyuni tour dag 2, 3 en 4

Vrijdag 13 september

Muchos Colores

Toen ze hoorde dat ik last van mijn maag had, heeft Hilda me gisteravond voor het slapen nog een kop maté gebracht met vers groen. Het drinkt lastig al die barreltjes, maar het heeft wel geholpen. Ik voel me vandaag een stuk beter. Het gevaar op natte scheten is aanzienlijk afgenomen. We hebben allebei af en toe hoofdpijn, maar dat trekt weg na het innemen van paracetamol. Ook hebben we af en toe een wazig hoofd. Je zit er wel, je luistert wel, maar alles lijkt langs je heen te gaan. Beetje alsof je een roesje hebt gekregen in het ziekenhuis.

We zijn vroeg op want we hebben weer een action packed day voor de boeg. Het ontbijt is om 6.30 uur en Edwin wil om 7.15 uur vertrekken. Dat wordt uiteindelijk 7.30 uur. We zijn nog maar net het dorp uit als we langs een enorme groep lama’s rijden. Podemos parar por favor? De lama’s eten iets van de grond. Zout? Meel? Ze blijven in ieder geval mooi op één plek bij elkaar staan en je kunt ze makkelijk benaderen.

Daarna rijden we door mooi landschap, langs een paar meren (Laguna Hedionda en Laguna Kollpa), over een kleine zoutvlakte (Salar de Chalvri) en door Desierto de Dali. Dit is een vervreemdend landschap omringd door bergen met hier en daar een rotsje of vervallen hutje op de zand-/zoutvlakte. We hebben echt Dali-licht. Zon en wolken werpen strakke schaduwen op de grond. We rijden tot Laguna Blanca en Laguna Verde, met uitzicht op de vulkaan Licancabur. Deze vulkaan ligt deels in Bolivia en deels in Chili. We zijn nu vlakbij San Pedro de Atacama (Chili), waar we in 2010 waren. Dit is het verste punt op onze tour.

We rijden weer terug langs de woestijn van Dali en stoppen bij aguas termales voor de lunch en een dip in het warme thermale bad. Geheel tegen onze gewoonte hebben we dit niet goed voorbereid. We hebben wel zwemkleding mee, maar niet aan een handdoek gedacht. Gelukkig blijkt Wouters fototas een box van Pandora. Er komt een heel klein gastenhanddoekje uit (om het zweet van zijn voorhoofd te vegen) en een klein sneldrogend reishanddoekje. We kleden ons in een druk kleedhok om. Buiten is het grijs en er staat een straffe wind (max 5 °C). Snel het water in. Daar dobberen we heerlijk in het warme water van 38-40°C, met uitzicht op bergen en een meer met flamingo’s. Ook bijzonder is de sneeuw die horizontaal langs komt zetten. Helemaal geweldig. Wel jammer van die groep lawaaierige Italianen. Terwijl wij lekker liggen te dobberen, heeft Hilda al weer een lunch voor ons klaargemaakt in de gemeenschappelijke keuken. We drogen ons snel af en kleden ons aan om vervolgens aan te schuiven in de drukke eetzaal, omringd door andere groepjes die bediend worden door hun kok of kokkin.

Rond de thermen was gister nog een opstootje. Er zijn twee thermen: een oude en een nieuwe. De oude wordt het meest bezocht door de toeristen. De nieuwe vond dat de limiet van het aantal bezoekers oneerlijk was verdeeld (waardoor zij minder bezoekers kregen) en had daarom de doorgaande weg tussen oud en nieuw geblokkeerd. Zodat we nog wel bij de nieuwe therme zouden kunnen komen, maar niet meer bij de oude. En ook niet meer bij Desierto de Dali en Laguna Verde. Dit leek gisteravond nog een reëel scenario. Gelukkig is er kennelijk een soort compromis gesloten, want de weg is vandaag weer open.

Het is koud vandaag. Het warmt op van 2 naar 9 °C, maar door de wind is de gevoelstemperatuur veel lager. De zon verdwijnt af en toe achter dikke wolken en we krijgen een aantal keren sneeuw om de oren. Volgens Edwin en Hilda is dit niet normaal. In juli en augustus kan het hier sneeuwen, maar in september niet meer. Ook zij vinden het bijzonder. We rijden met de 4WD meerdere keren slippend door de sneeuw en door half dichtgevroren beekjes. Heel avontuurlijk, maar wel fris.

Na de lunch rijden we naar een gebied met geisers, Sol de Mañana: stoom uit de grond, mooie kleuren, kokende modder. Het is niet zo’n heel groot gebied, maar qua kleur en pruttelpotjes verrassend afwisselend en mooi. We lopen er langer rond dan Edwin had gepland. Nu komt de rest van het middagprogramma in de knel.

Snel door naar Laguna Colorada. Dit is een meer, omgeven door met sneeuw bedekte bergen en vulkanen, met rood water en drie verschillende soorten flamingo’s. Het is een bijzondere plek, waar we stil van worden. Van veraf is de rode kleur van het water indrukwekkend en van dichtbij zijn de flamingo’s met hun felle kleuren vleugels, snavel en poten, iets waar je naar blijft kijken. We genieten er zo lang mogelijk van.

Edwin heeft ons een uur gegeven om rond te lopen. Dan moeten we weer verder want hierna is het nog drie uur rijden naar de plaats waar we zullen overnachten: Villa del Mar. We komen redelijk binnen de gestelde tijd terug bij de auto. Na de geisers had Edwin er kennelijk weinig vertrouwen meer in dat we ons aan het tijdschema zouden houden, want Hilda is al in een andere auto op pad naar Villa del Mar. Zodat zij alvast voor ons en een andere groep kan beginnen met koken. Wij rijden deels in het donker, over een hele slechte weg en we doen twee uur over een afstand van 65 km. We zijn in totaal bijna drie uur onderweg en komen even voor 19.30 uur aan.

De elektrische kachel in onze kamer wordt door ons enthousiast begroet. Dat haalt net even de kou uit de ruimte. Voor we naar bed gaan, slaan we de bedden open om op te warmen en ik ga een tijdje met mijn voeten bijna ín de verwarming zitten. Zo ga ik met warme voeten in bed. Hilda is vanavond op tijd naar bed. Ze heeft last van haar maag. Zou zij ook last hebben van hoogteziekte? Dat zou me toch verbazen.

 

Zaterdag 14 september

Op naar de zoutvlakte

Vandaag hebben we een rustigere dag dan afgelopen twee dagen. De afstanden zijn kleiner. Daarom kunnen we later op pad. Het ontbijt is om 8 uur en we vertrekken rond 9 uur. Wouter durft het aan de douche te proberen en verdomd er komt lauw water uit. Het is heel lekker om even te douchen en al het stof uit onze haren te wassen.

We rijden vandaag door prachtige natuur en zijn omringd door gekleurde rotsen, afgewisseld met groepjes lama’s. We bezoeken rotsformaties en een canyon, die je zo in Amerika (Utah, Arizona) tegen zou kunnen komen, en maken daar korte wandelingetjes:

  • Copa del Mundo;
  • Camello;
  • Italia Perdida;
  • En de Canyon Anaconda.

De laatste stop is bij Laguna Negra. Ook daar maken we een korte wandeling. Het is prettig om meer tijd te hebben, zodat we alles rustig in ons op kunnen nemen en kunnen genieten van de stilte. Als er even geen groepen Italianen en Fransen in de buurt zijn tenminste. We komen rond 16.30 uur aan in ons hotel: Hotel de Sal aan de rand van de Salar de Uyuni. De muren en bijna alle meubels zijn van zout gemaakt. Onze matrassen liggen op opgestapelde zoutblokken. Onze bedden zijn zoals gebruikelijk voorzien van drie dekens en een sprei. Edwin geeft ons ook weer de slaapzak mee. Zouden we die ook nog nodig hebben, net als de eerste nacht?

Rond 17.30 uur verzamelen we weer bij de auto om naar de zoutvlakte te gaan om daar de zonsondergang te zien. En precies om 17.30 uur komt Hilda met heet water voor de thee en koffie. De andere groep is er net vandoor. Wij krijgen het gevoel dat we ruzie met Hilda krijgen als we geen kop thee nemen, dus wij drinken snel wat. Snel, want we zijn bang dat we te laat komen voor de zonsondergang. Edwin is ook wat later dan afgesproken. Hij heeft lekker gedoucht, na drie dagen wassen met koud water, en is daar heel tevreden mee.

Dan op naar de zonsondergang. Het is ongeveer 10 km rijden om op een plek te komen met een mooi uitzicht. Daar staan meer auto’s en toeristen op een rij, verspreid over ongeveer 1 km. De zon verdwijnt razendsnel achter de bergen. Als je even de andere kant op kijkt, heb je het gemist. Ik kijk gelukkig de goede kant op. Er zijn wolken in de lucht en die kleuren mooi, maar niet spectaculair. Het mooie licht is al snel van de immense vlakte verdwenen. Een andere auto met toeristen komt vast te zitten in het zout. Edwin en Wouter helpen ze weer op weg.

Terug in het hotel krijgen we een afscheidscocktail in de kleuren van de Boliviaanse vlag. Van boven naar beneden: rood (vanwege alle oorlogen waar Bolivia in verwikkeld is geweest en de doden die daarbij zijn gevallen), geel (de kleur van goud als symbool voor de minerale rijkdom onder de grond), en groen (om de verschillende volken en stammen en natuurlijke rijkdom weer te geven). De cocktail is nog lekker ook!

We eten weer een soepje en daarna krijgen we lasagne van Hilda. Lekker! De groep naast ons kijkt jaloers naar onze schaal. Wij hebben één bak lasagne met z’n tweeën. Zij hebben één bak voor vijf personen. Die van ons is gelukkig wel kleiner, want het is zo lekker dat we de hele bak leeg eten. Hilda was vandaag de hele dag niet fit. Als we vragen hoe het gaat, zegt ze dat het beter gaat. Maar ze heeft bijna de hele dag in de auto liggen slapen en ze lijkt jaren ouder dan de eerste dag dat we haar ontmoetten in Tupiza.

Onze zoutkamer is minder koud dan verwacht. Het is alsof de zouten muren de warmte van de zon goed vasthouden. We slapen onder onze slaapzak en drie dekens. Al gauw haal ik de slaapzak en een deken weg. Ik krijg een beklemmend gevoel door het gewicht. Het doet me naar adem happen, terwijl er hier op 3800 m. hoogte toch al minder zuurstof in de lucht zit.

 

Onafhankelijkheid

In 1825 werd Bolivia onafhankelijk van Spanje na ruim 300 jaar van Spaanse overheersing. Staat er nu een heel ander soort afhankelijkheid voor de deur of kan Bolivia het tij nog keren?

Het land is zeer rijk aan grondstoffen als lithium, waar internationaal grote vraag naar is door moderne industrie. Het land heeft echter zelf de kennis en de infrastructuur niet om deze materialen om te zetten in producten en zo optimaal ten gelde te maken. De verkoop van ruwe grondstof levert minder op. Ze zijn afhankelijk van buitenlandse investeerders. Nu vooral Chinezen, omdat Morales geen vriend is van de Amerikanen.

Edwin, onze gids tijdens de tour rond de zoutvlakte, maakt zich merkbaar zorgen om de winning van grondstoffen. Er staat nu één fabriek aan de rand van Salar de Uyuni. Deze is in Chinese handen. Op deze manier profiteren vooral de Chinezen van de opbrengsten en niet de Bolivianen zelf.

Zal het de Bolivianen lukken om zelf te profiteren van alle grondstoffen? Of zullen het wederom de buitenlanders zijn die winst zullen maken, zonder dat de gewone Boliviaan er iets mee opschiet? Over de elite rond Morales maak ik me geen zorgen. Die zorgen er wel voor dat hun zakken worden gevuld. Maar de gewone Boliviaan, als gids Edwin en kokkin Hilda, gun ik een beter leven.

 

Zondag 15 september

Zout en ziekenhuis

De wekker staat op 5 uur. En dat noemen ze vakantie. We zijn verrassend wakker en we worden op slag helder als we ons wassen met het in en in koude water bij de wastafel. We vertrekken zonder ontbijt richting de zoutvlakte. Daar gaan we de zonsopkomst meemaken. We stoppen midden op de zoutvlakte. Rond 6.00-6.15 uur is de lucht prachtig rood en oranje gekleurd en rond 6.20 uur komt de zon op. Het is helemaal stil en we staan op een immense witte vlakte. Alleen het knisperen van het zout onder onze voeten is te horen. Ik word er haast poëtisch van en maak een klein gedichtje (elfje).

 

Zout

Verblindend wit

Een enorme vlakte

Doorsneden door rechte autosporen

Eindeloos

 

De Salar de Uyuni is 12.000 km² groot en de zoutlaag is ongeveer 10 cm dik. Heel lang geleden was deze vlakte een zee. Ook nu liggen er nog eilanden in.
Wij gaan naar Isla Incahuasi. Een eiland van koraalresten, dicht begroeid met ‘hands up’ cactussen in een zee van wit. Alles wordt door het vroege ochtendlicht (rond 7 uur) mooi verlicht. We maken een wandeling over het eiland (30 Bolivianos p.p.) en daarna staat het ontbijt voor ons klaar: yoghurt met muesli, koffie/thee en cake. Het is vanochtend minder koud dan ik had verwacht. Mijn speciaal voor deze ochtend gekochte lama-muts kan al snel af. We ontbijten lekker in het zonnetje omringd door andere buiten-ontbijters en mooi gekleurde vogeltjes die op onze kruimels azen.

Als Edwin en Hilda alles weer inpakken, lopen wij over het zout een stukje om het eiland. Als ook twee toeristen óp het eiland hun mond houden, is het helemaal stil om ons heen. De rust wordt verstoord als onze auto er aan komt. We stappen in en rijden dwars over de eindeloze witte vlakte richting Uyuni. Wouter heeft Edwin vertelt dat hij graag vijfhoeken wil fotograferen die zich in het zout vormen. Deze vijfhoeken komen in de natte periode vaker voor, veroorzaakt doordat het regenwater in en onder het zout verdampt. We zitten nu aan het einde van de droge periode. Hierdoor is de zoutvlakte goed berijdbaar, maar zijn er dus minder geometrische figuren. Je kunt niet alles hebben. Toch weet Edwin er een paar te vinden. Bij de vijfhoeken is het lekker rustig (waar niet op deze enorme vlakte?) en we maken er gelijk een aantal crazy pictures.
We hebben geen dinosaurus meegebracht, maar wel een paar makkelijk uitvoerbare ideetjes. Met hulp van Edwin wordt dit een reuze grappig filmpje. Ik had me hier wel op verheugd. Wouter vond het vooraf maar zo zo, maar ook hij komt los. Edwin is een ware crazy picture specialist en hij dirigeert ons alle kanten op. Wij snappen pas wat we hebben gedaan als we de foto zien. Wat een pret!

Als ik voor een volgende truc mijn mobiele telefoon uit de auto pak, staat Hilda met een pijn vertrokken gezicht naast de auto. Ze blijkt te vergaan van de pijn en loopt te kermen. We doen nog snel de door Edwin bedachte truc en gaan dan in vliegende vaart naar Uyuni, naar een dokter. Ik heb me al eerder over het navigatie vermogen van Edwin verbaasd. Hij maakt in een flits een keuze tussen twee zand- en zoutsporen die allebei naar niets lijken te leiden. We wisselen voortdurend van spoor en daarmee een beetje van richting. Er staan nergens routeborden en er zijn geen landmarks als een kerk, supermarkt of koffietent om op te koersen. Alles lijkt op elkaar en toch komen we altijd uit waar we naar op weg waren. Alsof hij een ingebouwde GPS heeft.
Ook vandaag: de zoutvlakte is immens, je kunt de randen niet overal zien, er lopen vele sporen doorheen die mij eerder verwarren dan dat ze ergens naar toe lijken te leiden. Edwin stuurt ons dwars over het zout, soms over een spoor, soms niet. En toch komen we uit bij de auto van de andere groep die dezelfde tour doet en die we steeds bij de stopjes en de overnachtingsplekken tegen zijn gekomen. Hilda kookt ook voor hen. Twee Duitse jongens zijn met de gids gekke foto’s aan het maken. Twee speelgoedauto’s staan vlak voor de gids op de grond. De jongens besturen 20 meter verderop als pantomime spelers beide auto’s. Het is een bizar gezicht. Zo hebben wij er dus ook uit gezien voor de willekeurige voorbijganger (die er gelukkig niet was).

Edwin praat snel de andere gids bij en dan speren we weer verder. We stoppen kort bij het eerste gebouw dat van zout is gemaakt en een beeld ter herinnering aan de Dakar Ralley die jaren dwars over de zoutvlakte ging. Dan gaan we snel verder naar Uyuni. Dat is nog een half uur rijden. Hilda heeft inmiddels telefonisch contact met de eerste hulp of ziekenhuis van Uyuni. Als we daar aankomen staan er twee zusters te wachten. Hilda wordt onderzocht. De diagnose luidt een combinatie van een blinde darm ontsteking en een maagzweer. Geen wonder dat ze zat te kermen van de pijn. Ze krijgt een spuit in haar bil en moet twee uur aan een infuus.

In die tijd brengt Edwin ons naar de Cementerio de Trenes de Uyuni. Daar kunnen we een uurtje rondkijken. Dit is een bizarre verzameling van verroeste en half ingestorte treintoestellen en locomotieven. In Uyuni werd het eerste spoor van Bolivia aangelegd voor transport van de mineralen die toen in de bergen rond Uyuni werden gevonden, waaronder zilver. Zout werd nog niet in grote hoeveelheden getransporteerd. In Nederland zou er allang een oudijzer handelaar zijn langs geweest om alles op te kopen en af te voeren. Hier staan alle verroeste treinstellen er nog en is het een speeltuin voor toeristen om op te klimmen en foto’s te maken. Het verschil tussen ons en veel andere mensen is dat zij vooral wél mensen (en het liefst zichzelf) op de foto willen hebben en wij vooral niet.

We gaan op een alternatieve plek lunchen nu Hilda in het ziekenhuis is. Edwin kent een oud collega die een aantal jaren geleden kokkin was zoals Hilda. Nu runt ze haar eigen lunchplek waar groepen kunnen komen voor de lunch en waar de koks van deze groepen in een grote keuken kunnen koken. Deze oud-collega warmt het eten op dat Hilda vanochtend al voor ons heeft klaar gemaakt. We hebben weer een heerlijke en uitgebreide lunch. Op straat staat een vrachtauto geparkeerd met een verrassende herkomst: H.J. van Bentum BV uit Woudenberg. Wat is de wereld toch klein.

Hilda kan rond 13.15 uur van het infuus af. Dan zal Edwin haar zo snel mogelijk terug naar Tupiza brengen waar ze geopereerd zal worden. Dat is in Tupiza en niet in Uyuni omdat ze hier geen familie heeft die voor haar kan zorgen. Wij laten ons daarom meteen na de lunch afzetten bij Todo Tourismo, zodat Edwin Hilda kan ophalen. Na een half Spaans en half Engels afscheid en het geven van de fooi (400 Bolivianos voor Edwin en 150 Bolivianos voor Hilda. Wij geven Hilda minder omdat de andere groep haar ook al een fooi heeft gegeven. En het moet in totaal wel in verhouding zijn met het bedrag wat we Edwin geven, vinden we.), gaat Edwin er snel vandoor. Wij wachten tot Todo Tourismo open gaat en we alvast in kunnen checken voor de bus van vanavond naar La Paz (39 USD p.p.). We kunnen onze grote tassen achterlaten in het kantoortje en lopen Uyuni in.

Het is geen mooie stad. Er is natuurlijk markt (want het is zondag) en er zijn natuurlijk stalletjes op straat (want die zijn er altijd) en er is een betoging (want ook dat lijkt een dagelijks terugkerend ritueel in elke stad). Het is het staartje van een grote blokkade van alle wegen Uyuni in en uit. Door de wegen te blokkeren en het toerisme zwaar te treffen, wilden de betogers afdwingen dat eindelijk de weg tussen Uyuni en Tupiza verbeterd wordt. Dat schijnt al jaren geleden te zijn toegezegd, maar nog niet gerealiseerd terwijl het wegdek in alarmerend slechte staat schijnt te zijn. Nu zitten de betogers gelukkig alleen nog voor een kerk met spandoeken en af en toe roept iemand iets in een portofoon. Alle wegen zijn sinds vanochtend weer open en wij kunnen vanavond richting La Paz vertrekken.

We komen de 5,5 uur wachttijd door met stalletjes bekijken, lezen, wat drinken op een terras (de eerste terrassen die we in Bolivia tegenkomen) in de zon, en van dat soort vakantie activiteiten.

De bus zou om 20 uur vertrekken. Dat wordt uiteindelijk net na 20.30 uur. Het is een sjieke bus met grote zitplekken, stoelen die bijna plat kunnen, een dekentje en een kussen. Én we krijgen nog voor we vertrekken avondeten: een bakje lasagne bolognese en koffie. De volledige tocht van Uyuni naar La Paz is in het donker. Geen idee door wat voor landschap we rijden. We doorkruizen dorpjes, te herkennen aan de drempels waar de bus voorzichtig overheen rijdt en we komen langs check points en loketten voor tolwegen. Verder zien we buiten vooral veel zwart. We lezen eerst wat, maar al snel gaat de stoel achterover en proberen we wat te slapen. Dat lukt met horten en stoten. Veel horten en stoten.