Argentinië - Chili - Paaseiland

(2010)

Reisverslag Argentinië - Chili - Paaseiland - 2010

/reisverslagen/zuid-amerika/argentinie-chili-paaseiland/reisverslag/18-20-juli-arica-en-omgeving-putre-parque-nacional-lauca/

(c) Wouter en Carin van de Weerd


Arica en omgeving, Putre, Parque Nacional Lauca

Zondag 18 juli - Arica en omgeving

17 km gereden

Het ontbijt is er weer één van het uitgebreide soort. Er is lekker vers fruit. Minpuntje is het sap: niet vers geperst.

We lopen via een wandelpad naar het centrum van Arica. Daar start net een kleine militaire parade, compleet met marsorkest, volkslied, hijsen van de nationale vlag en toeschouwers op een tribune. Het centrum van Arica imponeert ons niet. De pleinen vinden we wat rommelig en de winkelstraten niet gezellig. Dat zal ongetwijfeld komen omdat alle winkels dicht zijn (zondag).

Gustav Eiffel (die van de Eiffeltoren) heeft het douanegebouw en de kerk ontworpen. Het skelet van het douanegebouw is van ijzer, maar dat zie je niet meer omdat het is omgeven door gemetselde muren. De kerk is helemaal van ijzer. Het skelet, maar ook de muren, panelen en daken.

We pinnen geld bij de Scotiabank. We denken dat we hier geen extra kosten betalen voor het pinnen. Tot nu toe hebben andere banken in Chili en Argentinië wel extra kosten in rekening gebracht. We kunnen hier maximaal 200.000 Ch. pesos opnemen. Terwijl dit bij de andere banken maximaal 100.000 is.

Terug in het hotel gaan we een uurtje relaxen bij het zwembad. We zijn de enigen. Het geheel maakt de indruk alsof we hier compleet buiten het seizoen zijn. Toch is het even lekker. Het is lekker warm in de zon, het uitzicht op zee is mooi, er klinkt een rustig muziekje en we liggen op zachte ligbedjes. Niet slecht, toch?

We lunchen op het terras van het hotel. Er is een buffet: salades, vlees van de gril en een toetjesbuffet (10.500 Ch. pesos p.p., inclusief een pisco sour en een kop koffie). Het is alweer half 4 als we zijn uitgegeten.

's Middags gaan we met de auto op pad en rijden richting het zuiden langs de kust. Na ongeveer 7 km eindigt de asfaltweg en begint een wandelpad dat ons verder langs de kust voert. We lopen langs steile rotsen en hebben mooi zicht op de beukende zee. Er zijn meerdere gaten en grotten uitgesleten in de rotsen. In en boven zee zien we cormorants, aalscholvers, meeuwen, pelikanen en een soort gieren. Op twee rotsen, verder in de zee, ligt een groot aantal zeeleeuwen te slapen.

Dit is een prettig uitstapje zo aan het einde van de middag; even een frisse neus halen, even actie en er schijnt mooi licht op de rotsen. We zijn niet de enigen die er zo over denken. De parkeerplaats is vol.

We zijn even na zessen weer terug bij het hotel. Ik mail even een berichtje naar huis en Wouter gaat de zonsondergang fotograferen. [In december 2010 zal blijken dat hij hier een winnende foto heeft gemaakt. Bij een fotowedstrijd van Thomas Cook wint hij de eerste prijs (fototoestel) met een foto van rotsen in de zee bij zonsondergang].

Maandag 19 juli - Arica, Putre

152 km gereden

Wie bedacht heeft dat Chilenen niet of nauwelijks ontbijten (wat vervolgens door alle reisgidsenschrijvers voor waar is aangenomen) weet ik niet. Wat ik wel weet is dat ik elke ochtend, in de hotels waar we zijn, Chilenen erg zie genieten van het ontbijtbuffet. Zo ook vanochtend. Er komt een groot gezin de verjaardag van moeders/oma vieren met een ontbijt. En zij eten elk echt wel meer dan een kaal geroosterd broodje!

Na het ontbijt verlaten we hotel Arica. Op het strand boven Arica kijken we naar surfers die gebruik maken van de hoge golven bij het strand “Playa las machas”. Ik ben er zo op gebrand om de surfers in een actie-pose op de foto te krijgen, dat ik pas thuis (als ik de foto’s die ik gemaakt heb rustig bekijk) zie dat er ook een dolfijn in zee zwom. Wat suf!

We rijden Arica uit via de panamericana (RN5) en we gaan via ‘route Chili 11’ naar Putre. Onderweg langs de 11 zijn op verschillende plaatsen petroglyphen te zien: de Lluta Petroglyphs. Ze worden gelukkig goed aangegeven met markers en ze zitten steeds aan de rechterkant van de weg. De petroglypen zelf zijn niet allemaal even goed herkenbaar.

Na de Lluta vallei rijden we al snel de hoogte in. We gaan vandaag van zeeniveau (Arica) naar 3530 meter hoogte (Putre). We rijden rustig aan. De afstand tot Putre is niet groot (ongeveer 150 km), waardoor we al rond lunchtijd daar aankomen. We lunchen in het centrum aan het centrale plein. Putre is een klein dorp tegen de bergen van Parque Nacionale Lauca. Er is een plein, een kerk (natuurlijk), een touristeninformatie bureau (die we niet open zullen zien de dagen dat we er zijn), een bank met pinautomaat, wat winkels, wat hotels en een aantal restaurants. Verder is er behalve een militaire basis niet veel te beleven. We zitten vlakbij de grens met Bolivia. We hadden op de weg hierheen een politiecontrole verwacht. Maar dit verwachte oponthoud bleef ons bespaard.

Putre is door de Spanjaarden gesticht. Het stadje ligt op een oude zilverroute, van Arica naar Potosi (Bolivia).

Hotel Quantati ligt aan de rand van het dorp en grenst aan de militaire basis. Wij komen er al rond half 4 aan. Opvallend vroeg voor ons doen. Het is nog licht! Het doet wat verlaten aan. We zijn tot nu toe de enige gasten. De laatste gasten die er voor ons waren (drie Fransen) zijn gisteren al vertrokken. De eigenaar/beheerder van het hotel is een bijzonder opgewekte jongeman die ons sterk aan Donny doet denken (die dikke deelnemer aan X-factor in 2010). Dat wij veel van wat hij zegt niet begrijpen, heeft geen negatief effect op zijn humeur. We verstaan veel niet van wat hij zegt maar de basics worden ons wel duidelijk en we bedanken hem even opgewekt en vriendelijk.

Het is weer een bijzonder zonnige dag. In Arica was het ook zonnig. Daar zijn we met 17°C vertrokken rond half 10. We verwachtten de temperatuur, op de thermometer in de auto, in de loop van de dag te zien zakken. Tot onze verrassing steeg de temperatuur echter naarmate we het binnenland inreden en de hoogte in gingen. Het is zelfs een tijd 26°C geweest. Hier in Putre is het nu nog steeds 21°C. We gaan dus lekker buiten in de zon zitten. We kijken uit op een soort binnentuintje met verschillende bloeiende planten, waar ook af en toe een kolibrie langskomt. Na de uitgebreide lunch hebben we geen zin meer om uitgebreid te eten ’s avonds. We halen in het dorp wat kleine dingetjes: yoghurt, bananen, cola, chocolade, chips, warme empanadas en twee stukken chocoladetaart. Na de empanadas en de taart zijn onze magen weer aardig gevuld. De rest bewaren we dus voor morgen. Het is namelijk niet goed om veel te eten als je op grote hoogte bivakkeert. De reisgids spoort ons aan om matig met alcohol en eten te zijn.

Dinsdag 20 juli - Putre, Parque Nacional Lauca, Putre

128 km gereden

We hebben met Donny afgesproken om om 8 uur te ontbijten. Als we in de ontbijtzaal komen, vinden we deze leeg en verlaten. Er staat een gedekte tafel voor twee personen klaar met sap, vers fruit, jam, kaas en vlees en cake. Even later komt Donny aanlopen om voor ons een aantal boterhammen te roosteren. De drie Zwitsers die gistermiddag zijn gearriveerd en de kamer naast ons hebben, hebben we sinds gistermiddag niet meer gezien.

We zitten al om 9 uur in de auto. Eerst even bij de 'tourist information' langs. Dicht. Dan rijden we via de 11 naar Parque Nacional Lauca. Hier variëren de hoogtes van 3000 tot 6000 meter. We hebben vanochtend een kopje coca-thee gedronken en hopen dat dit ervoor zorgt dat we gespaard blijven van hoogteziekte of andere hoogte-verschijnselen. We hebben allebei af en toe lichte hoofdpijn en zijn snel buiten adem. Een verstopte neus bijvoorbeeld (W is verkouden) zorgt voor een zuurstoftekort en maakt dat je veel door je mond moet ademen. We doen alles rustig aan en hebben eigenlijk nergens echt last van.

De 11 gaat dwars door het nationaal park en dit is tevens een belangrijke verbinding tussen Arica (havenstad) en Bolivia. Er rijdt dus veel vrachtverkeer. Dat is wel een gekke gewaarwording in een nationaal park.

 

Wij gaan op veel plaatsen de auto uit. De half bevroren riviertjes, de vele vicunas en mooie uitzichten zorgen voor voldoende beweging vandaag: auto in, auto uit, jas aan, jas uit, heuveltje op voor een beter uitzicht en weer heuveltje af. We zien vandaag veel vicunas en geen guanaco’s (denken we). Deze beide soorten leven in het wild en zijn niet te domesticeren. Ook zien we lama’s en alpaca’s. De lama is groter dan de alpaca. Deze beide soorten zijn wel te domesticeren en zijn altijd eigendom van iemand. Ook al zou je dat niet zeggen als je ze op de meest onherbergzame plekken tegenkomt.

Als we vlak na een politiepost de auto uitstappen worden we enthousiast begroet door twee zwarte alpaca’s. Ze willen neuzen, aan mijn jas knabbelen en nog liever willen ze wat te eten. Leuk zo’n enthousiaste ontvangst. We kunnen nu ook mooi de vacht van de alpaca voelen; heerlijk zacht, heel los van structuur. Ik kan me voorstellen dat een sjaal van alpacawol heerlijk aanvoelt.

Verder zien we nog lama’s; veel lama’s. En vizcachas zien we ook.

Ons doel in NP Lauca is het Lago Chungara. Dit meer ligt op 4500 meter boven zeeniveau en is daarmee één van de hoogste meren ter wereld. Het meer ligt prachtig aan de voet van de vulkaan Parincota (6350 meter) met besneeuwde top en meerdere andere bergen en vulkanen op de achtergrond.

In de uiterste punt van het meer (letterlijk op de Boliviaanse grens) zijn flamingo’s op de bodem van het meer aan het fourageren. Gekke plek voor een flamingo: zo hoog en zo koud. In tegenstelling tot gisteren is het nu namelijk koud. Er staat een stevige wind en handschoenen en een capuchon vormen geen overbodige luxe.

Vanaf het meer rijden we weer terug naar het hotel in Putre. Het is rond half zes als we daar aankomen. We hebben honger. Onze lunch heeft bestaan uit een bakje yoghurt, een banaan en een mandarijn. Eigenlijk willen we nu wel avondeten. Maar dat is voor de Chilenen natuurlijk wel een hele gekke tijd. Ik vraag voor de zekerheid in een restaurant of we er iets kunnen eten. Dat kan gelukkig. We zitten niet eens alleen in het restaurant. Er zit een groepje Fransen te borrelen.

De rest van de avond brengen we op onze kamer door. We wilden in de gezamenlijke ruimte gaan zitten en de openhaard daar aandoen. Het hout en wat aanmaakspullen lagen al klaar. Helaas zijn de lucifers op. En om de beheerder daarvoor uit zijn warme huisje te halen... Dat gaat ons te ver. We hebben trouwens ook geen idee hoe we dit in het Spaans duidelijk moeten maken.