Madagaskar

Eiland van de lemuren en Baobab-bomen (2013)

Reisverslag Madagaskar - 2013

Eiland van de lemuren en Baobab-bomen

/reisverslagen/afrika/madagaskar/reisverslag/25-27-juli-2013-andasibe/

(c) Wouter en Carin van de Weerd


Andasibe: Mantadia Nationaal Park, Analamazotra Nationaal Park en Mitsinjo Reserve

Donderdag 25 juli – Andasibe / Mantadia Parc National

Brrr… wat heb ik het koud gehad vannacht. Tot op het bot verkleumd heb ik in bed gelegen.
Na het ontbijt (verse guave-sap, koffie, stokbrood, jam en hele dikke poffertjes) gaan we om half 8 op pad. Ons hotel ligt vlakbij de officiële toegang tot Parc National Mantadia / Analamazotra en het bezoekerscentrum. Daar staat de natuurgids, die Olivier voor ons heeft geregeld, op ons te wachten. Dit blijkt een opgewekte, goedlachse en informatieve dame. Ze wijst ons gelijk twee kameleons aan. Een grote groene: Parson's cameleon. En een kleinere: elephant-eared chameleon. Deze laatste heeft een nekflap die op olifantsoren lijkt.

De ingang van het Mantadia is ruim 20 km verderop. De weg is zo slecht dat het ruim een uur rijden is. We maken een wandeling van ruim drie uur door het primair regenwoud. Hier zijn de bomen hoger dan in het secundaire regenwoud van Analamazotra. Daardoor zijn in Mantadia de beesten moeilijker te zien. Maar we zijn nog geen kwartier op pad als we worden verrast door een groep lemuren. Ze springen behendig ver boven onze hoofden van boom naar boom. Yeah! Onze eerste lemuren op Madagaskar!

Het heeft vannacht en op de heenreis wat geregend. Het pad is nat en glibberig, maar met een beetje oppassen gaat het wel. De gids leidt ons een heuvel op voor het uitzicht en later door een laaggelegen stuk bos rond een riviertje. Daar zien we meerdere soorten vogels waaronder de paradise flycatcher (mannetje, zwart/bruin/roodbruin met een prachtige lange staart). De lengte van de staart ten opzichte van de grootte van het lijf van de vogel doet denken aan de verhoudingen bij de quetzal die we in Zuid Amerika hebben gezien. Met wat tips van gidsen die met andere groepen door het bos lopen, vinden we nog twee andere lemuren families. De diademed sifaka; prachtige wollen beestjes met een zwarte rug, witte buik en staart en mooie oranje poten. Vrij groot zijn ze. Doordat ze een groot territorium hebben, worden ze niet vaak gezien. We hebben dus geluk. Ook zien we de black&white ruffed lemur. Deze lijkt op de indri maar is kleiner en heeft een lange staart. Volgens de gids zullen we deze lemurensoort morgen van dichterbij kunnen zien. Voorlopig vinden we dit al geweldig. We kijken met be- en verwondering naar hoe ze behendig van boom naar boom springen. Slapen doen ze opgerold, staartje eromheen, gestut tussen twee takken.

Het regenwoud is groener dan groen. Bomen, boomvarens, grondvarens, heel veel mos en soms wat bloeiends als kleine orchideeën en vlijtige liesjes (impatience).

Onze lunch (meegebrachte broodjes op de parkeerplaats) wordt opgeschrikt door geritsel in de bosjes. Een grijze bamboelemur springt van tak naar tak. Heel klein, heel schattig en heel dichtbij. We genieten ons een rotje.

Als we terugrijden naar Andasibe blijken de vogels wakker geworden. Op de heenweg waren ze niet te zien, nu zien we onder andere een blue pigeon (wie noemt een zwarte duif met een rode rand om de ogen een blauwe duif?!). We spotten ook nog een grijze bamboelemur vanuit de auto.

We maken een tussenstop bij de "Vakona Lodge". We bezoeken het lemur eiland en het krokodillenpark dat bij dit hotel hoort. Na een korte oversteek in een kano maken we up close and personal kennis met verschillende lemursoorten. De red bellied lemur doet alles om een stukje banaan te krijgen. Ze springen op mijn schouder en houden zich vast aan mijn haar, ze zitten op mijn arm en kijken of mijn fototoestel wellicht wat lekkers verbergt. Een tijd lang loop ik met twee lemuren rond, op beide schouders één. We maken veel foto's. Van de lemuren en van elkaar als we beklommen worden. Ze stinken wel een beetje en ik ben blij dat ik een regenjas aan heb waar ik de luchtjes en vieze poten weer makkelijk van af kan wassen. Naast de red bellied lemur is er ook de common brown lemur, de black and white ruffed lemur en de grey bamboo lemur. Het is een toeristisch spektakel, maar wel erg leuk.

Even verderop in het krokodillenpark worden we rondgeleid door een enthousiaste gids. Hij laat ons krokodillen zien, heel veel krokodillen. 84 om precies te zijn. Daarnaast is ook de fossa (een vreemd luipaardachtig roofdier dat alleen op Madagaskar voorkomt) en een Madagascar cuckoo roller (mooie blauwe grote vogel) te zien.

We zijn om half 6 pas weer terug bij het hotel. Een lange dag.

Het geld vliegt harder onze portemonnee uit dan we dachten. We strooien de 10.000 Ariary aardig in het rond. Omgerekend naar € stelt het gelukkig niet zo veel voor.

[Gids Mantadia NP: 50.000 A (exclusief fooi).
Toegang Vakona Lodge Lemur Island & Crocodile Park: 2 x 13.000 A (en 2x fooi voor de gidsen)]

Vrijdag 26 juli – Andasibe / Analamazotra Parc National

De nacht leek gelukkig al wat minder koud dan vorige nacht. Toch bijzonder dat 13°C zo koud kan aanvoelen. We hadden wel gelezen dat het koud zou zijn hier, maar thuis schat je toch niet in dat rond 15°C zo koud zou zijn. Ik heb 1 trui meegenomen. Twee was prettig geweest. Het is fris maar het ruikt hier niet echt fris. Door de vochtigheid is alles muf. Gelukkig hebben we eigen kussenslopen meegenomen (Marianne bedankt voor de tip), zodat we met ons neus in de waspoederlucht van thuis liggen.

Vandaag gaan we naar een ander deel van het nationaal park: Analamazotra. Dit is dichterbij ons hotel en veel drukker dan Mantadia. Op de informatieborden staat dat je alleen op de paden mag blijven. Maar zodra de Indri Indri in zicht komen, lopen we dwars door de jungle, de kortste route. De Indri Indri komen alleen in dit deel van Madagaskar voor. Het is de grootste lemur: ongeveer 70-90 cm en 7-9 kg. Ze eten ongeveer 2 kg aan vruchten en jonge blaadjes per dag. Ze eten in de ochtend en slapen 's middags en 's avonds. In Analamazotra leven ongeveer 26 families, elk met een eigen territorium. Dit territorium bakenen ze af met heel hard gekrijs. Oorverdovend! Als families tegen elkaar in schreeuwen, is het net 12 uur op de eerste maandag van de maand (testen van de sirenes). Of onze rookmelder thuis als de batterij op is. Ik maak een filmpje van een schreeuwende Indri. Het beeld schudt een beetje; ik kan mijn lachen niet houden. We zien twee groepen Indri in het park, waarvan een vrouwtje met een jong.

Saholy (dezelfde gids als gisteren) leidt ons door de jungle. Ik vind het een wir war van paadjes, maar zij weet, na 23 jaar gids te zijn geweest, goed de weg. Ze wijst van alles aan voorzien van naam: orchideeën, bomen, spinnen, kikkertjes, verschillende vogels. Verder zien we nog twee groepen bruine lemuren, een groep diademed sifaka's en drie slapende woolly lemurs. Onze ochtendexcursie zou ongeveer 3 uur duren; wij zijn ruim 3,5 uur onderweg. Onze gids verklaart dit als volgt: you take a lot of pictures!

[Gids: 40.000 Ariary, exclusief fooi].

We lunchen in het hotel op de veranda met uitzicht op een muur van regenwoud. Het hotel ligt pal naast het nationaal park. De lucht betrekt. Na een zonnige ochtend hebben we een donkere regenachtige middag.

Om 6 uur staat Saholy weer klaar voor de avondwandeling. Het is pikkedonker; geen straatverlichting en geen maan. Met zaklantaarns gaan we op zoek naar het nachtleven en we vinden onder andere een Parson's chameleon, twee keer de kleinste kameleon die hier voorkomt, spinnen, rupsen en cocons, wandelende takken. En we hebben geluk om de bamboe lemur te zien en twee woolly lemurs. Nou ja zien…. Eigenlijk zien we alleen de ogen die rood terugblikkeren tegen het licht van onze zaklampen. We hebben de gids nodig om te duiden wat we zien. Rode ogen in het donker betekent in het Amazone gebied in Ecuador dat je kaaimannen ziet, hier blijken het lemuren te zijn.

Zaterdag 27 juli – Andasibe / Mitsinjo Reserve

Om 8 uur staat Olivier weer klaar om ons weg te brengen naar de ingang van het natuurpark. Dit keer gaan we naar Mitsinjo Reserve. Dit is een reservaat dat is gesticht en wordt onderhouden door de mensen van het dorp. Het gebied is kleiner dan Analamazotra. Wij zijn weer met Saholy op stap. Een spotter heeft een leaftail gecko gezien. We krijgen de instructie dat we op ooghoogte moeten kijken en hij geeft aan in welk deel we ongeveer moeten zoeken. We doen ons best maar zien niets. Als Wouter er met zijn neus bovenop staat, kunnen de twee gidsen hun lachen niet meer houden. Wij zien nog steeds niets. Belachelijk goed gecamoufleerd. De gekko is ongeveer 15-20 cm groot en ligt plat op de stam van een dunne boom. Het is net een kleine verdikking in de stam. Meer niet. Hoe vind je zoiets in een regenwoud vol met bomen, lianen en varens?!

Een ander hoogtepunt is onze ontmoeting met de Indri Indri. De familie hier is geïntroduceerd en komt oorspronkelijk uit een ander gebied. Zij zijn gewend aan de spotter en hij kan ze soms uit de boom naar de grond lokken. Het lukt hem ook vandaag. Eén Indri komt omlaag, gelokt met lekkere jonge rode blaadjes. De Indri zit op ooghoogte in de boom en ik kan 'm voeren. Geweldig! Van dichtbij zie ik zijn lange wimpers, lange vingers , snijtanden en ik voel hoe hij de blaadjes uit mijn handen trekt. Het zijn lekkere blaadjes. Hij zit ervan te smakken. We komen geen andere toeristen tegen vandaag. Ook hier bij de Indri zijn wij de enigen. Lekker rustig genieten van de beesten.

We zijn om half 12 weer terug bij het hotel. Het begint al snel te regenen. Soms is het even droog. We zitten in een regenwoud en dat zullen we weten ook.

Ook tijdens onze avondwandeling regent het. Gelukkig niet zo hard. De beesten houden ook niet van de regen. Weinigen laten zich zien. Even heb ik een moment van glorie: zo maar zonder hulp van de gids in het donker met mijn zaklamp een kleine kameleon gespot! De kameleon is nog kleiner dan mijn pink. Best knap al zeg ik zelf!